Google+

Thursday, May 14, 2009

Partijen debatteren over ontwikkelingssamenwerking in de aanloop naar de Europese verkiezingen

Onder aanwezigheid van een veertigtal belangstellenden, met name vertegenwoordigers van NGO’s en politieke partijen, gingen een vijftal politici (van Groen Links, Partij voor de Dieren, D66, CU /SGP en PvdA) op woensdag 13 mei het debat aan.

NCDO, Partos, en de EEN campagne lanceerden met dit debat de Wereldstemwijzer. Deze stemwijzer geeft een stemadvies gericht op de komende Europese verkiezingen. Evelijne Bruning, hoofdredactrice van Vice Versa, leidde het debat: "Ik hoop dat de diverse politici tijdens dit debat van elkaar kunnen proeven". (zie haar samenvatting van het debat)

Marie-Trees Meereboer, directrice van Partos, opende het debat. Volgens haar is het belangrijk dat internationale samenwerking hoog op de agenda blijft, middels actief debat; “Het gaat erom dat we samen oplossingen vinden voor de huidige financiële, klimaat- en voedselcrisis”.

Stelling 1: Hulp aan arme landen moet een zaak van de EU als geheel worden.

Natasja Oerlemans (Partij voor de Dieren - video) en Louis Meuleman (PvdA - video) lichten toe waarom hun partij tegen deze stelling is. Beide partijen dragen als argument aan dat Europa in enkele gevallen als een schuilplek fungeert voor problemen waar we geen oplossingen voor kunnen of willen vinden. Het gevaar van het verschuiven van deze problemen naar Europees niveau is dat budgetten van deelnemende landen naar beneden gaan. Als concreet voorbeeld noemt Natasja Oerlemans het landbouw- en dierenwelzijnsbeleid wat achteruit is gegaan nu het op internationaal niveau geregeld wordt. Iemand uit het publiek reageert teleurgesteld: "De wereld heeft Europa nodig". Waarop beiden aangeven dat we in enkele gevallen zeker vanuit één stem moeten spreken, maar dat hoeft nog niet een overdracht van bevoegdheden te betekenen. Het is niet geheel duidelijk onder de panelleden of deze stelling dat suggereert.

Ruud van Eijlen (CU/SGP - video) beargumenteert waarom zijn partij neutraal tegenover deze stelling staat. Volgens hem is het belangrijk dat er op Europees niveau meer aandacht komt voor dit onderwerp, maar dat we het wel nationaal moeten blijven coördineren. NGO’s, die hier vandaag zitten moeten er niet aan denken dat alles vanuit Brussel gecoördineerd zou worden: "Samenwerken: ja, een superstaat: nee".

Marietje Schaake (D66 - video) is voorstander van dit standpunt omdat we in een globaliserende wereld leven, waarbij dit onderwerp meer aandacht op Europees niveau vraagt. Ze draagt het voorbeeld aan van de landbouwsubsidies, die volgens haar partij in Europa afgeschaft moeten worden. Evelijne Bruning vraagt of de aanwezige panelleden het allen eens zijn dat de landbouwsubsidies in Europa afgeschaft mogen worden, dit wordt beaamd. Ook Judith Sargentini (Groen Links - video) stemt voor de stelling, ondanks teleurstellende resultaten van het ontwikkelingsbeleid van de afgelopen jaren. Ook met Louis Michel is ze niet echt gelukkig, maar het streven is er wel. En dit moet er volgens haar ook blijven: “We doen het niet goed, maar wel beter dan anderen; hoe zorgen we ervoor dat Europa ‘leading’is?”

Stelling 2: De EU moet stoppen met de werving van kennismigranten uit arme landen.

D66 is tegen deze stelling omdat, aldus Marietje Schaake, kennismigranten wel de kans moeten krijgen om in Europa te werken. Dit moet wel goed geregeld worden met een ‘blue card systeem’. Migranten kunnen ook kennis terug brengen naar de landen van herkomst, waardoor niet per definitie sprake hoeft te zijn van een ‘braindrain’.

Judith Sargentini (Groen Links) is ook tegen deze stelling. Ze geeft aan dat we werknemers nodig hebben. Dit blijkt alleen al uit het grote aantal illegale werknemers in Nederland. Door deze werknemers een legale status te geven zouden ze beter in staat kunnen zijn om hun werk beter te doen. We moeten wel goed in de gaten houden of de beroepsgroep wel te missen is in het land van herkomst. In het geval van Zuid-Afrikaanse doktoren, zijn ze van meer betekenis in Zuid-Afrika en moeten we ze hier dus weigeren.

Louis Meulemaan (PvdA), tevens tegen deze stelling, beaamt dat we niet daar de kennis moeten weghalen, die er het hardst nodig is. Maar hij benadrukt dat we lager opgeleiden niet zomaar binnen moeten laten komen, daar is een grote werkloosheid, deze dreigt groter te worden.

Natasja Oerlemans (Partij voor de Dieren) is voor de stelling. Ze vindt het belangrijk dat gekeken wordt naar de achtergrond van de migranten en hun motivatie om naar het westen te willen migreren; de situatie in eigen land is voor een groot deel tot stand gekomen door het ‘westen’. Onderscheid maken naar groep of kennis klinkt haar neokolonisalistisch in de oren; "waar trek je de grens?". Ze is voorstander van een structurele herverdeling van kennis, rijkdom en macht en het creëren van werkgelegenheid daar.

Ruud van Eijle (CU/SGP) is ook voor deze stelling en benadrukt het belang van het ter plaatse organiseren van ontwikkeling: "kijk ook naar de sociale en gezinsstructuren".

De overige panelleden zijn het erover eens dat het ideaal zou zijn wanneer migranten niet meer zouden migreren, dankzij een verbeterde leefsituatie ter plekke. Louis Meuleman (PvdA) geeft echter aan dat het erop lijkt alsof ontwikkelingshulp pure liefdadigheid is. Maar hulp is geen éénrichtingsverkeer, je mag best aan jezelf denken: "je kunt het beste anderen helpen als je een beetje zorg draagt voor jezelf".

Stelling 3: De EU moet bindende regels opstellen om wapenhandel te beperken.

Aangezien er al bindende gedragsregels bestaan op het gebied van wapenhandel, had het uitgebreid ingaan op deze stelling weinig meerwaarde. Toch werd de CU/SGP gevraagd waarom zijn partij, ondanks bestaande gedragsregels, tegen deze stelling is. Ruud van Eijle licht toe dat zijn partij tegen illegale wapenhandel is, maar dat zij willen dat regelgeving vanuit Nederland geregeld wordt en niet vanuit Brussel. De overige partijen waren voor deze stelling.

Stelling 4: ‘Europa mag alleen in de eigen wateren vissen.

Ruud van Eijle (CU) is voor deze stelling. Hij spreekt over de ongelijkheid tussen de vissers, enkele beschikken over geavanceerde technologieën, maar niet iedereen. Hij is voorstander van een quota en wil vissers betrekken bij een goede en eerlijke manier van visserij bedrijven.

Ook Judith Sargentini (Groen Links) is voor deze stelling: ‘Zoals ’t nu gaat, loopt het de spuigaten uit; grote bedrijven maken de kleine visserij kapot’. Het is volgens haar belangrijk om streng op te treden als overheid en niet alles aan de vissers zelf over te laten.

Natasja Oerlemans (PvdD) is voor de stelling. Door de visserij wordt ieder jaar een te hoge quota vastgesteld. Er wordt in Europa niet duurzaam omgegaan met onze natuurlijke bronnen, eigenlijk doet Nederland dit niet eens. ‘Europa mag alleen in eigen wateren vissen, maar eigenlijk daar niet eens meer’. Natasja Oerlemans reageert fel op deze stelling en vergelijkt de kracht van Europa op dit moment met de kracht van een ‘tandeloze tijger’.

Marietje Schaake (D66) is tegen deze stelling. Ze vindt dat er naar toekomstgerichte vormen van visserij gezocht moet worden: ‘Er moeten strenge en goede regels komen om schade te beperken’.

Stelling 5: De EU mag alleen producten uit arme landen invoeren als ze volgens EU-normen zijn gemaakt.

Judith Sargentini (Groen Links) staat neutraal ten aanzien van deze stelling. Groen Links vindt het belangrijk dat mensen veilig voedsel eten. Tegelijkertijd wil ze ook zeker dat producten niet onnodig van de Europese markt geweerd worden. Groen Links heeft een voorstel ingediend om de gehele productieketen beter op te volgen, inclusief de arbeidsomstandigheden waaronder producten geproduceerd worden.

Marietje Schaake (D66)is tegen deze stelling. Het op de markt brengen van producten brengt kansen met zich mee op een afzetmarkt in ontwikkelingslanden. Het volledig blokkeren van producten is niet de oplossing. Er moet per geval gekeken worden naar de beste oplossing. Hierbij kan ook streng worden opgetreden wanneer er bijvoorbeeld sprake is van kinderarbeid.

Ruud van Eijle (CU/SGP) is voor deze stelling. Belangrijke overwegingen zijn het belang dat gehecht wordt aan de veiligheid waaronder producten worden geproduceerd. Zijn partij is er voorstander van om ervoor te zorgen dat arme landen aan de norm kunnen voldoen.

Natasja Oerlemans (PvdD) is voor deze stelling; ‘kwetsbare waarden worden niet in marktwaarde betaald’. De overheid moet kaders stellen waarbinnen producten worden geproduceerd. Regels moeten ontwikkeld worden gericht op duurzaamheid, maar de regels moeten ook opgevolgd worden.

De deelnemende politici hebben hun standpunten verdedigd. In onderstaande korte ‘blips’, vertellen de vier politici hun belangrijkste speerpunten.

Dat er behoefte is aan een daadkrachtige internationale politiek met aandacht voor mensenrechten en voedselzekerheid blijkt zodra we de zaal verlaten. Op de stoep in Den Haag treffen we twee hongerstakers en een groep protestanten. Zij vragen aandacht voor de mensenrechten- en voedselsituatie van Tamil burgers in Sri Lanka. Een spoeddebat is door Bert Koenders hierover aangevraagd, aldus de demonstranten. Een solidaire en duurzame internationale politiek, beslis mee welke weg we nemen. Stem bij de Europese Parlementsverkiezingen op 4 juni 2009!

WereldStemWijzer


door Stephanie Zwier

Zie ook de Euforic newsfeed over de Europese verkiezingen 2009 en de Ten Days For Development campagne website van Concord